Op 16 maart is ‘onze’ Sam moeder van 11 biggetjes geworden. Voor de allerlaatste keer. Eindelijk in het stro en met bewegingsvrijheid, zoals het hoort. Ik ben de afgelopen weken veel bij Sam en haar biggen geweest, die vol liefde en toewijding door Lothar en Marc van stichting Melief worden verzorgd. Het is geweldig om te zien hoe de biggetjes meteen na de de geboorte al hele kleine varkentjes zijn die kunnen lopen en de speen bij hun moeder zoeken. Hoe ze in het stro hun plekje zoeken, heel dicht bij elkaar. Maar met twee van hen gaat het helaas niet zo goed.
In de natuur krijgt een zeug 1 keer per jaar een nest van misschien 8 biggen, maar in de industrie krijgen zeugen inmiddels zo’n 16 biggen per keer en moeten ze meer dan 1 keer per jaar werpen. Niet minder dan 40 biggen per zeug per jaar is de doelstelling, die als je er een beetje over nadenkt, de rillingen over je rug doet lopen.
In de industrie is er een ‘uitval’ van bijna 14 procent. Dat vinden de varkenshouders normaal. De beelden van de ‘restproducten’ uit deze industrie in tonnen op elkaar gestapeld staan op mijn netvlies gebrand. Als ik bij Sam ben moet ik daar niet aan denken. En dat is moeilijk. Want haar lichaam is letterlijk uitgeleefd. Opstaan en lopen kost zo veel moeite. Maar wat is ze een fantastische moeder. Ze heeft, ondanks haar inmiddels 251 kinderen, altijd alleen maar melk kunnen geven. Haar moederinstinct laat haar niet in de steek.
In de industrie worden de stangen waar de zeugen tussen liggen goedgepraat, omdat de moeder op haar biggen zou gaan liggen. Tuurlijk kan dat eens gebeuren, maar het is bijna aandoenlijk om te zien hoe Sam er alles aan doet dit vooral niet te laten gebeuren. Ze ligt met haar rug strak tegen de muur en laat het niet toe dat biggetjes proberen achter haar te kruipen. Met knorrende geluiden en schuddend met haar kop, als een soort ruitenwisser, haalt ze haar biggen terug en door met haar tepels te zwiepen maakt ze keer op keer duidelijk waar ze moeten zijn voor hun melk. Het is echter heel triest om te ontdekken dat veel tepels van Sam niet meer werken. Voor ieder varken is een worp van 11 biggen veel te veel, maar als je 9 jaar bent en al 240 biggen hebt gekregen dan is het lichaam helemaal op.
Drie van de 11 biggetjes werden te klein en te zwak geboren. Dat is een bekend fenomeen in de industrie. Ze hadden een soort dolfijnenkopjes; oortjes naar achteren en een spitser snuitje. In de baarmoeder is eigenlijk geen plaats voor zo veel biggen en ze hebben waarschijnlijk vanaf halverwege de dracht klem gezeten. Een van hen overleed de dag na zijn geboorte. En voor de andere twee wordt dag en nacht gevochten door Lothar en Marc van Melief. De dierenarts komt dagelijks en om de 2 uur, ook ‘s nachts, krijgen ze een flesje. Het is een absoluut voorrecht dat ik ook dit soort nachtdiensten heb mogen doen en avonden met de biggen in mijn trui heb gezeten om ze warmer te krijgen.
Langzaam zagen we onze twee zorgenkindjes afgelopen dagen groter en actiever worden. Vooral de kleinste (rechts op bovenstaande foto) is een echte vechter. Om ervoor te zorgen dat Sam niet vervreemdt van haar biggen zetten we ze een keer per dag allemaal bij haar. Het kleine, zwakke mannetje gaat meteen richting de tepels en hoe klein hij ook is, hij probeert zijn broertjes en zusjes weg te duwen van de tepel waaraan hij wil drinken. Dat is zijn tepel. Maar het is zo triest, want dat drinken lukt hem niet. Na een kwartiertje gaan de twee kleintjes terug naar de warmtelamp en zijn ze helemaal op van de inspanning. Ze willen zo graag groeien en sterker worden en doen er zo veel moeite voor. Daarbij krijgen ze gelukkig flink wat hulp van de dierenarts en bakken met liefde van ons.
En nu vandaag blijkt dat er weer een complicatie bij is gekomen. Onze kleine doorzetter heeft longontsteking. Hij kan niets meer drinken en voelt zich overduidelijk ellendig. De dierenarts komt nu twee keer per dag.
We willen zo ontzettend graag dat hij het redt. Voor ons is hij, net als al zijn broertjes en zusjes, een individu met een karakter. Ik heb hem boos, hongerig en ongeduldig gezien. Maar ook vol speellust, nieuwsgierig en in prachtige interactie met zijn zusje. Ook straalde hij vaak tevredenheid uit.
Er gaan in de industrie zo veel van deze kleintjes onnodig dood. Laten dit kleine mannetje en zijn zusje het alsjeblieft redden. Duimen jullie allemaal mee voor deze twee?